Ventilatie
Een goede ventilatie is nodig omdat we hierdoor gezonde en zuurstofrijke buitenlucht naar binnen brengen. De luchtkwaliteit in het gebouw vermindert wanneer er gebrek is aan ventilatie, en zonder dat we het beseffen kan dat gezondheidsproblemen veroorzaken (allergieën, hoofdpijn, misselijkheid, moeheid, ...), maar ventilatie is ook nodig om het gebouw gezond te houden en te voorkomen dat er problemen of schimmels ontstaan door condens of vochtschade.
De EPB-regelgeving (Energie Prestatie en Binnenklimaat), die verplicht is bij nieuwbouw, houdt in dat we onze leefomgeving goed moeten ventileren om de binnenlucht (meestal veel sterker vervuild dan de buitenlucht), weer te optimaliseren.
Voor ventilatie wordt de woning opgedeeld in de volgende ruimtes:
- natte ruimtes: badkamer - toilet - keuken - bergruimte - wasplaats
- doorvoerruimtes: gangen - traphal
- droge ruimtes: slaapkamers - studeerkamers - woonruimtes
Principe
1. Verse lucht toevoeren in de droge ruimtes;
2. Een luchtstroom creëren van frisse lucht langs de doorvoerruimtes.
3. De vervuilde lucht afvoeren uit de natte ruimtes.
Voor het afvoeren van de vervuilde lucht kan men kiezen uit een Ventilatiesysteem met of zonder gecentraliseerd leidingstelsel.
Er zijn verschillende systemen mogelijk:
- Systeem A: individuele afzuiging per lokaal (zonder centrale ventilator).
- Systeem B: mechanische toevoer en natuurlijke afvoer.
- Systeem C: natuurlijke toevoer en mechanische afvoer (centrale ventilator met kanalen en extractiemonden).
- Systeem C+: centrale ventilator met kanalen en extractiemonden + detectoren en timer.
- Systeem C+ EVO II: Dankzij de innovatieve SmartZone technologie wordt de woning optimaal geventileerd, volgens de leefgewoontes van de bewoners. En met de nieuwe TouchDisplay bediening kunnen de bewoners hun eigen, gepersonaliseerde ventilatieprogramma instellen en krijgen ze op elk moment een correct beeld van de luchtkwaliteit in hun woning.
- Systeem D: mechanische toevoer en mechanische afvoer. Er zijn meer ventilatoren nodig dan bij systeem B of C, maar de warmte uit de afvoerlucht kan gebruikt worden om de toevoerlucht op de warmen.